Het kabinet heeft de Voorjaarsnota 2025 gepubliceerd. We beperken ons tot de voorgestelde fiscale maatregelen daarin. De tabelcorrectie in de inkomstenbelasting wordt per 1 januari 2026 beperkt tot 46,2% in plaats van 51%. De hogere inflatie wordt dus slechts beperkt gecompenseerd in de belastingschijven en heffingskortingen. Hiermee wordt deels het definitief terugdraaien van de btw-verhoging op cultuur, media en sport gedekt. Daarnaast wordt het forfait in box 3 voor ‘overige bezittingen’ verhoogd naar 7,78%. Het heffingvrije vermogen gaat omlaag naar € 51.396 per belastingplichtige in 2026 en 2027. Welke fiscale maatregelen wil het kabinet-Schoof nog meer doorvoeren?

Andere fiscale maatregelen die het kabinet wil doorvoeren zijn:

• Een versobering van de stakingsaftrek en de meewerkaftrek met 75% vanaf 2027, gevolgd door afschaffing hiervan in 2030. Hiermee wordt de invoering van een fiscale werknemersoptieregeling voor startups en scale-ups gedekt. Deze regeling stelt de inkomsten uit aandelenopties op het moment van verkoop van de aandelen voor 35% vrij.
• De budgetreserve voor de milieu-investeringsaftrek (MIA) wordt verhoogd met € 35 miljoen en de budgetreserve voor de willekeurige afschrijving milieu-investeringen (Vamil) wordt met hetzelfde bedrag verlaagd.
• Aanpassing van het huwelijksvermogensrecht om belastingbesparende constructies in de schenk- en erfbelasting door aanpassing van huwelijkse voorwaarden in het zicht van overlijden te voorkomen. Zo wordt voorgesteld om schenk- of erfbelasting te heffen voor zover er in het geval van een gemeenschap van goederen meer wordt verkregen dan 50% bij ontbinding van die gemeenschap.
• Afschaffing van de arbeidskorting voor socialezekerheidsuitkeringen die via de werkgever worden betaald;
• Verlaging van de vermogensgrens van de zorgtoeslag (en het kindgebonden budget) naar € 113.000 voor alleenstaanden en € 150.000 voor partners. Hiermee wordt het schrappen in het toeslagpartnerschap van het criterium voor samengestelde gezinnen per 2027 bekostigd.
• Beperking van de belastingrente over erfbelasting bij een foutieve of onvolledige aangifte. De rente wordt niet meer berekend over het volledige verschuldigde bedrag maar over het verschil tussen de foutieve en juiste definitieve aangifte.
• Gelijkstelling van biologische kinderen aan juridische kinderen voor de schenk- en erfbelasting, zodat biologische kinderen ook recht hebben op de kindvrijstelling en het lagere tarief.